De sneltoetsen kunnen gebruikt worden om de verschillende functies uit te voeren, zonder de muis te gebruiken. De belangrijkste functies hebben ten doel bewegingen uit te voeren, te bewerken, en te selecteren:
Esc | Annuleert de huidige taak door het sluiten van het geopende venster. |
|
Backspace | Verwijdert voorafgaand letterteken door teruggaande beweging van de cursor |
|
Delete | Verwijdert volgende lettertekens. | |
PgUp | Bladert een pagina omhoog (terug) |
|
PgDown | Bladert een pagina naar beneden (verder) |
|
Pijl rechts |
Bladert naar rechts | |
Pijl links |
Bladert naar links |
|
Pijl omhoog |
Bladert omhoog |
|
Pijl omlaag |
Bladert omhoog |
|
Home | Verplaatst de cursor naar het begin van de regel |
|
End | Verplaatst de cursor naar het begin van de regel | |
Ctrl+Home | Verplaatst de cursor naar de linker bovenhoek van een tabel |
|
Ctrl+End | Verplaatst de cursor naar de rechter onderhoek van een tabel | |
Ctrl+Down | Verplaatst de cursor naar het einde van een tabel | |
Ctrl+Up | Verplaatst de cursor naar het begin van een tabel | |
Enter | Eén cel vooruit, bevestiging ingetoetste tekst | |
Ctrl+F4 | Sluit het active venster |
|
Alt+F4 | Beëindigt het programma |
|
Tab | Heeft dezelfde functie als Enter, maar alleen wanneer het venster dat tot het bewerken van tekst (Shift+F2) dient niet geopend is. |
Shift+Tab | Eén cel terug, bevestiging ingetoetste tekst |
Ctrl+Tab | Gaat van één venster naar het andere, afhankelijk van hun volgorde |
Ctrl+F6 | Volgend venster |
Ctrl+PgDown | Volgende tabel |
Ctrl+PgUp | Previous table. |
Alt+PgDown | Volgende weergave |
Alt+PgUp | Vorige weergave |
F3 | Commando Volgende zoeken in menu Gegevens |
Shift+F3 | Commando Zoeken in menu Gegevens |
F5 | Gaat naar de gewenste rij door het rijnummer in te toetsen in het actieve venster |
Shift+F5 | Commando Naar oorspronkelijke rij gaan in menu Gegevens |
Ctrl+Enter | Voegt rij toe onder de cursor |
Ctrl+Ins | Copiëert geselecteerde tekst |
Shift+Ins | Plakt gecopiëerde tekst in geselecteerde cel |
Ctrl+Delete | Verwijdert inhoud van geselecteerde cellen |
F2 | Bewerkt inhoud van cel |
Shift+F2 | Venster openen om langere teksten in te voeren |
F4 | Copiëert voorgaande cel van dezelfde kolom |
Shift+F4 | Copieert voorgaande cel en gaat verder naar volgende cel |
F6 | De toets voert verschillende functies uit, afhankelijk van de kolom waarin de gebruiker werkt. Ze worden uitgelegd in het informatie-venster. |
Shift+F6 | Voegt rij toe en copiëert transactie van voorgaande rij. |
F9 | Voert eenvoudige controle uit |
Shift+F9 | Voert algehele controle uit |
Shift+PgUp | Selecteert kolom naar boven gaand, pagina per pagina |
Shift+PgDown | Selecteert kolom naar beneden gaand, pagina per pagina |
Shift+Pijl rechts |
Selecteert rij naar rechts. |
Shift+Pijl links |
Selecteert rij naar links. |
Shift+Pijl omhoog |
Selecteert kolom boven cursor |
Shift+Pijl omlaag |
Selecteert kolom onder cursor |
Shift+ Home | Selecteert terug naar begin van de rij |
Shift+End | Selecteert verder naar einde van de rij |
Shift+Ctrl+ Home | Selecteert terug naar begin van de tabel |
Shift+Ctrl+ End | Selecteert verder naar einde van de tabel |
Ctrl+Spatie | Selecteert de gehele kolom |
Shift+Spatie | Selecteert de gehele rij |
Ctrl+Spatie en Shift+Spatie | Selecteert de gehele tabel |
Ctrl+N | Nieuw bestand |
Ctrl+S | Slaat op |
Ctrl+O | Opent |
Ctrl+P | Drukt af |
Ctrl+Z | Maakt bewerking ongedaan |
Ctrl+Y | Voert bewerking opnieuw uit |
Ctrl+Delete | Verwijdert tekst vanaf de cursor punt tot het einde van de cel. |